‘O?’ Hij trok zijn wenkbrauwen op. ‘Dat wist ik niet. Wat weten we toch eigenlijk weinig van andere mensen.’ Hij zweeg even, keek naar Aral en keek naar hoe zij naar Aral keek. Eén mondhoek krulde op, maar werd weer naar beneden getrokken toen hij bedachtzaam zijn lippen tuitte. ‘Hij is biseksueel, weet u.’ Hij nam een klein slokje van zijn wijn.
‘Was biseksueel,’ corrigeerde ze afwezig, terwijl ze liefdevol de zaal door keek. ‘Nu is hij monogaam.’
Vordarian verslikte zich en hoestte. Cordelia keek bezorgd naar hem en vroeg zich af of ze hem op de rug moest kloppen of zoiets, maar hij hervond zijn adem en evenwicht. ‘Heeft hij u dat vertéld?’ bracht hij hijgend uit, vol verbazing.
‘Nee, dat heeft Vorrutyer gedaan. Vlak voordat hij zijn, eh, noodlottige einde vond.’ Vordarian stond als aan de grond genageld; ze voelde een zekere boosaardige vreugde omdat ze er eindelijk in was geslaagd een Barrayaraan net zo van zijn stuk te brengen als zij soms met haar deden. Als ze er nu nog achter kon komen wat ze had gezegd om hem zo van de wijs te brengen… Ze vervolgde ernstig: ‘Hoe vaker ik terugdenk aan Vorrutyer, hoe meer hij me als een tragische figuur voorkomt. Nog steeds geobsedeerd door een liefdesgeschiedenis die al achttien jaar voorbij was. Toch vraag ik me soms af, als hij had gehad wat hij toen wilde — als hij Aral had gehouden — of Aral dan misschien dat sadistische trekje dat Vorrutyer uiteindelijk zijn geestelijke gezondheid heeft gekost, in bedwang had kunnen houden. Het leek wel alsof die twee op een raar soort wip zaten, waarbij het overleven van de een automatisch de vernietiging van de ander inhield.’
‘Een Bètaanse.’ Zijn verbijsterde blik ging geleidelijk over in iets dat Cordelia in gedachten benoemde als een blik van Afschuwelijke Bewustwording. ‘Ik had het kunnen weten. Jullie zijn per slot van rekening het volk dat met behulp van genetische manipulatie hermafrodieten heeft gekweekt…’ Hij zweeg even. ‘Hoe lang hebt u Vorrutyer gekend?’
‘Ongeveer twintig minuten. Maar het waren twintig zeer inténse minuten.’ Ze besloot dat ze hem zou laten gissen naar wat ze daarmee bedoelde.
‘Hun, eh, liefdesgeschiedenis, zoals u het noemt, was destijds een groot geheim schandaal.’
Ze trok rimpels in haar neus. ‘Een groot geheim schandaal? Is dat geen oxymoron? Zoals “militaire vernuftigheid” of “vriendschappelijk vuur”? Ook typisch Barrayaraanse uitdrukkingen, nu ik erover nadenk.’
Vordarian had een heel vreemde uitdrukking op zijn gezicht. Hij keek, besefte ze, precies als een man die een bom heeft gegooid die ‘sss’ heeft gezegd in plaats van ‘boem!’, en die nu probeert te beslissen of hij zijn hand uit zal steken en even op het slagmechanisme zal kloppen om dat te keuren.
Toen was het haar beurt voor een Afschuwelijke Bewustwording. Deze man heeft zojuist geprobeerd mijn huwelijk op te blazen. Nee, Arals huwelijk. Ze vertrok haar gezicht in een opgewekte, zonnige, onschuldige glimlach terwijl haar geest — eindelijk! — naar een hogere versnelling schakelde. Vordarian kon geen deel uitmaken van Vorrutyers oude oorlogspartij; de leiders daarvan hadden allemaal een fataal ongeluk gekregen voordat Ezar afscheid had genomen, en de rest had zich verspreid en was ondergedoken. Wat wilde hij? Ze frunnikte aan een bloem in haar haar en dacht na, met een onnozele grijns op haar gezicht. ‘Ik had niet het idee dat ik met een vierenveertig jaar oude maagd trouwde, graaf Vordarian.’
‘Dat blijkt.’ Hij gooide nog een teug wijn achterover. ‘Jullie melkwegreizigers zijn allemaal ontaard… Wat voor perversiteiten tolereert hij in ruil, vraag ik me af.’ Zijn ogen glinsterden plotseling van openlijke kwaadwilligheid. ‘Weet u hoe de eerste vrouw van heer Vorkosigan is gestorven?’
‘Zelfmoord. Heeft een plasmaboog tegen haar hoofd gezet,’ antwoordde ze prompt.
‘Het gerucht ging dat hij haar had vermoord. Vanwege overspel. Pas maar op, Bètaanse.’ Zijn glimlach was nu bijtend geworden. ‘Ja, ook dat wist ik. In dit geval een onjuist gerucht.’ Alle schijn van vriendelijkheid was verdwenen uit hun gesprek. Cordelia had het akelige gevoel dat alle controle haar daarmee ook was ontglipt. Ze boog zich naar voren en dempte haar stem. ‘Weet u waarom Vorrutyer is gestorven?’
Hij kon zich er niet van weerhouden zich op zijn beurt naar haar over te buigen, geboeid. ‘Nee…’
‘Hij probeerde via mij Aral te kwetsen. Dat vond ik… ergerlijk. Ik wou dat u ophield te proberen me te ergeren, graaf Vordarian, want ik vrees dat u er anders in zult slagen.’ Haar stem werd nog zachter, bijna een fluistering. ‘U zou dat ook moeten vrezen.’
Zijn eerdere paternalistische toon had in elk geval plaats gemaakt voor voorzichtigheid. Hij maakte een vloeiend gebaar met zijn open handen dat blijkbaar een afscheidsbuiging symboliseerde en stapte achteruit. ‘Mevrouw.’ De blik over zijn schouder terwijl hij wegliep was zeer geschrokken.
Ze keek hem fronsend na. Hemel, wat een raar gesprek. Wat had die man verwacht, toen hij haar die achterhaalde informatie meedeelde alsof die een schokkende verrassing was? Had Vordarian zich echt voorgesteld dat ze weg zou benen om haar man te confronteren met zijn slechte smaak op het gebied van partners twintig jaar geleden? Zou een naïeve jonge Barrayaraanse bruid hysterisch zijn geworden? Vrouwe Vorpatril niet, onder wier sociale interesses een scherp inzicht schuilging; prinses Kareen niet, wier naïviteit ongetwijfeld lang geleden was opgebrand door die vakkundige sadist Serg. Hij heeft een schot gelost, maar gemist.
En koeler dacht ze: Heeft hij al eens eerder een schot gelost en gemist. Dat was geen normale gedachtewisseling geweest, zelfs niet naar Barrayaraanse normen van slagvaardig converseren. Of misschien was hij gewoon dronken. Plotseling wilde ze met Illyan praten. Ze sloot haar ogen in een poging haar wazige hoofd helderder te maken. ‘Is alles goed, lieverd?’ mompelde Arals bezorgde stem in haar oor. ‘Heb je je medicijnen tegen misselijkheid nodig?’ Ze sperde haar ogen open. Daar was hij, veilig en wel naast haar. ‘Nee, het gaat uitstekend.’ Ze pakte zijn arm, licht, zonder zich vast te klampen als een zeeslak in paniek. ‘Ik stond alleen even na te denken.’
‘Ze brengen ons naar de tafels voor het diner.’
‘Mooi zo. Het zal fijn zijn om te gaan zitten, mijn voeten beginnen dik te worden.’
Hij keek alsof hij haar wilde optillen en dragen, maar ze liepen gewoon naar binnen, samen met de andere paren. Ze zaten aan een tafel op een verhoging die een beetje apart stond van de andere, samen met Gregor, Kareen, Pjotr, de voorzitter van de Raad en zijn vrouw, en premier Vortala. Op Gregors aandringen zat Droesjnakovi ook bij hen; de jongen leek ontzettend blij dat hij zijn oude lijfwacht weer zag. Heb ik je je speelkameraadje afgepakt, kind, vroeg Cordelia zich schuldbewust af. Blijkbaar wel; Gregor begon met Kareen te onderhandelen over een wekelijks bezoek van Droe ‘voor judolessen’. Droe, die gewend was aan de sfeer van de residentie, was niet zo diep onder de indruk als Kodelka, die stijf stond van overdreven angst zijn onhandigheid te verraden.
Cordelia had een plaats gekregen tussen Vortala en de voorzitter van de Raad in, en hield de gesprekken zonder al te veel moeite gaande; Vortala was charmant, op zijn eigen onbehouwen manier. Cordelia slaagde erin van alle smaakvol geserveerde gangen een beetje te eten, behalve van een stuk vlees dat van het karkas van een geroosterd rund werd gesneden, dat in zijn geheel werd binnengedragen. Meestal kon ze het feit wel uit haar gedachten zetten dat proteïne op Barrayar niet werd gekweekt in vaten, maar afkomstig was van de lichamen van echte dode dieren. Ze was per slot van rekening op de hoogte geweest van hun culinaire praktijken voordat ze de keuze had gemaakt om hierheen te komen, en ze had al eerder dierlijk spierweefsel geproefd op verkenningstochten, in het belang van de wetenschap, overleving of mogelijke nieuwe productontwikkelingen voor de thuiswereld. De Barrayaranen applaudisseerden voor het met fruit en bloemen overdekte beest en schenen het dus echt aantrekkelijk te vinden in plaats van afstotelijk, en de kok, die er vol spanning achteraan uit de keuken kwam gelopen, maakte een buiging. De primitieve verwerking van de geurprikkels in haar hersenen gaf hun gelijk, het rook heerlijk. Vorkosigan koos een stuk dat niet doorbakken en nog bloederig was. Cordelia nam een slokje water.