Выбрать главу

Hij zat in een standaard ruimtestoel die voorzien was van pols- en enkelboeien, die nu stevig dicht zaten. In de stoel naast hem zat een man ingespannen naar het regelpaneel van het schip te kijken; het schip was onderweg en al een heel eind de ruimte in. De vreemdeling was de computer aan het programmeren voor een sprong in de hyperruimte.

Jason maakte van de gelegenheid gebruik de man te bestuderen. Hij leek hem een beetje oud voor een politieagent, hoewel het bij nader inzien erg moeilijk was zijn leeftijd te schatten. Zijn haar was grijs en zo kortgeknipt dat het wel een mutsje leek, maar de plooien in zijn leerachtige huid schenen meer door verwering te zijn ontstaan dan door een hoge leeftijd. Hij was lang en kaarsrecht en leek op het eerste gezicht wat dun, tot Jason besefte dat dit effect werd veroorzaakt door de totale afwezigheid van overbodig vlees. Hij zag eruit alsof hij door de zon was gekookt en door de regen uitgeloogd tot er alleen nog botten, pezen en spieren over waren. Als hij zijn hoofd bewoog zagen de spieren onder de huid van zijn nek eruit als kabels en zijn handen aan de knoppen leken wel bruine klauwen van een of andere vogel. Een harde vinger drukte de knop in die het sprongregelapparaat inschakelde en hij keerde zich van het paneel af en keek Jason aan.

“Ik zie dat je wakker bent. Het was een licht gas. Ik gebruik het niet graag, maar het was de veiligste manier.”

Als hij praatte gingen zijn kaken open en dicht met de geen-geintjes ernst van een bankkluis. Zijn diepliggende, koude blauwe ogen staarden hem strak aan vanonder dikke donkere wenkbrauwen. Er was niet het geringste spoortje humor in zijn gezicht of in zijn woorden.

“Niet zo erg vriendelijk,” zei Jason terwijl hij stiekem de boeien onderzocht. Ze zaten op slot en waren erg strak. “Als ik er enig idee van had gehad dat je belangrijke persoonlijke bericht een dosis slaapgas zou zijn, zou ik wel twee keer hebben nagedacht voor ik je binnenloodste.”

“De bedrieger bedrogen,” beet de scherpe schildpadbek hem toe. “Als er een andere manier was geweest om je te vangen, zou ik die hebben gebruikt. Maar jouw naam als een meedogenloze moordenaar in overweging genomen en het feit dat je ongetwijfeld vrienden op Pyrrus hebt, greep ik je op de enige mogelijke manier.”

“Erg edel van je, vind ik.” Jason werd kwaad om de niet veel belovende zelfrechtvaardiging van de ander. “Het doel heiligt de middelen enzovoort — niet precies een origineel argument. Maar ik liep erin met open ogen en ik klaag niet.”

Niet veel, dacht hij bitter. Hij kon dit brok beter niet boos maken anders zou hij al gauw op zichzelf boos kunnen worden omdat hij zo stom was geweest. “Maar als ik niet teveel vraag, zou je me misschien willen vertellen wie je bent en waarom je al die moeite hebt gedaan mijn ondervoede lichaam in handen te krijgen?”

“Ik ben Mikah Samon. Ik breng je terug naar Cassylia om terecht te staan.”

“Cassylia — ik dacht al dat ik de registratie op dit schip herkende. Ik denk dat het me niet al te zeer moet verbazen dat ze nog steeds belang in me stellen. Maar je zou toch moeten weten dat er erg weinig over is van de drie miljard zeventienmiljoen kredits die ik in jullie speelbank won.”

“Cassylia wil het geld niet terug,” zei Mikah terwijl hij de instrumenten vastzette en zijn stoel ronddraaide. “Ze willen jou ook niet terug, want je bent nu de held van de planeet. Toen je ontsnapte met je slechtverdiende winst beseften ze dat ze het geld nooit meer terug zouden zien. Dus zetten ze hun propagandamolens aan het werk en ben je nu in alle aangrenzende sterrestelsels bekend als ’Jason Drie Miljard’, het levende bewijs van de eerlijkheid van hun oneerlijke spelen, en lokaas voor alle zwakken van geest. Jij verleidt ze tot gokken om geld in plaats van er eerlijk voor te werken.”

“Vergeef me dat ik vandaag zo traag ben,” zei Jason en hij schudde zijn hoofd snel heen en weer om zijn hersenen wat beter te laten werken. “Ik vind het een beetje moeilijk je te volgen. Wat voor een politieman ben je eigenlijk, dat je me een jaar nadat de aanklacht is ingetrokken nog arresteert om terecht te staan?”

“Ik ben geen politieman,” zei Mikah streng. Zijn lange vingers lagen stijf ineengestrengeld voor hem, zijn ogen waren wijd open en keken Jason doordringend aan. “Ik geloof in de Waarheid — dat is alles. De corrupte politici die Cassylia beheren hebben je op een erevoetstuk geplaatst. Door jou te eren, een andere en — zo mogelijk — nog meer corrupte man, en achter jouw voorbeeld zijn zij rijk geworden. Maar ik zal de Waarheid gebruiken om dat beeld te vernietigen en als ik het beeld vernietig zal ik het kwaad vernietigen waaruit het voortkwam.”

“Dat is een hele opgaaf voor één man,” zei Jason rustig — rustiger dan hij zich in werkelijkheid voelde. “Heb je een sigaret?”

“Natuurlijk is op dit schip geen tabak en geen drank. En ik ben meer dan één man — ik heb volgelingen. De Partij van de Waarheid is al een macht waarmee men rekening moet houden. We hebben heel wat tijd en inspanning besteed om je op te sporen, maar het was de moeite waard. We hebben je schandelijke spoor in het verleden gevolgd, naar Mahauts Planeet, naar het Spiraalnevel Casino op Galipto, langs een reeks smerige misdaden die de maag van een eerlijk man doet draaien. We hebben arrestatiebevelen van al die plaatsen en in sommige gevallen zelfs de uitspraken van rechtszittingen en je doodvonnis.”

“Ik neem aan dat het je rechtsgevoel niet kwetst dat die zittingen allemaal werden gehouden terwijl ik er niet bij was?” vroeg Jason. “Of dat ik alleen casino’s en gokkers heb uitgeschud — die hun brood verdienen met het uitschudden van domme mensen?”

Mikah Samon veegde die overweging opzij met een zwaai van zijn hand. “Je bent schuldig bevonden aan een aantal misdaden. Daar kan je gekronkel niets aan veranderen. Je zou dankbaar moeten zijn dat jouw walgelijke loopbaan aan het eind nog voor een goed doel wordt gebruikt. Het zal de hefboom zijn waarmee we de corrupte regering van Cassylia omver zullen werpen.”

“Ik zal toch iets moeten laten doen aan die nieuwsgierigheid van me,” zei Jason. “Kijk nou eens naar me’ — Hij ratelde met zijn polsen in de boeien en de servomotoren gierden een beetje toen de voelereenheid in werking trad en de boeien strakker aanhaalde, waardoor hij zich nog minder kon bewegen. “Een tijdje geleden genoot ik nog van mijn gezondheid en mijn vrijheid toen ze me riepen om via de radio met jou te praten. Dan loods ik je binnen, in plaats van je een heuvel te laten omploegen, en kan ik de neiging niet weerstaan om mijn stomme kop in die mooie val van je te steken. Ik zal moeten leren die neigingen te onderdrukken.”

“Als dat een bede om genade moet voorstellen, is het om misselijk van te worden,” zei Mikah. “Ik heb nooit een gunst aangenomen en ik ben niets verplicht aan mensen van jouw soort. En dat zal eeuwig zo blijven.”

Eeuwig is, net als nooit, erg lang,” zei Jason doodkalm. “Ik wilde dat ik jouw gemoedsrust had over de absolute orde der dingen.”

“Je laatste woorden wijzen erop dat er misschien nog hoop voor je is. Misschien herken je de Waarheid nog voor je sterft. Ik zal je helpen, met je praten en het je uitleggen.”

“Dan maar liever meteen dood,” zei Jason gesmoord.

II

“Ga je me voeren — of maak je mijn handen los als ik eet?” vroeg Jason. Mikah stond besluiteloos voor hem met een blad. Jason gaf hem een zetje met die woorden, heel zachtjes, want wat hij verder ook mocht zijn, Mikah was niet stom. “Ik heb natuurlijk liever dat je me voert — je zou een uitstekende lijfeigene zijn.”

“Je kunt best zelf eten,” antwoordde Mikah onmiddellijk terwijl hij het blad in de gleuven in Jasons stoel schoof. “Maar je zal het met een hand moeten doen, aangezien je alleen maar moeilijkheden zou veroorzaken als je los was.” Hij drukte een knop in op de rug van de stoel en de boei van de rechterpols knipte open. Jason strekte zijn verkrampte vingers en pakte de vork.