Выбрать главу

Terwijl Jason at, waren zijn ogen druk bezig. Niet zichtbaar, want de aandacht van een gokker is nooit zichtbaar, maar je kan heel wat zien als je je ogen open houdt en je aandacht kennelijk ergens anders is: een plotselinge glimp van iemands kaarten, de hele kleine verandering in gelaatsuitdrukking die de positie van een speler aangeeft. Beetje bij beetje gleed zijn kennelijk willekeurige blik over de inhoud van de cabine. Regelpaneel, beeldschermen, computer, kaartscherm, sprongregelaar, kaartenkist, boekenplank. Alles werd bekeken, overwogen en herinnerd. Op een of andere manier zouden ze in het plan passen.

Tot dusver had hij alleen maar het begin en het eind van een idee. Begin: Hij zat gevangen op dit schip en was op weg naar Cassylia. Eind: Hij was niet van plan gevangen te blijven — en ook niet om naar Cassylia terug te keren. Nu miste hij alleen nog het belangrijke middenstuk. Op dit ogenblik scheen het eind onmogelijk, maar Jason overwoog geen moment dat het misschien niet haalbaar was. Hij ging uit van het standpunt dat je je eigen geluk in de hand hebt. Je hield je ogen open terwijl de dingen zich ontwikkelden en op het juiste moment handelde je. Als je snel genoeg handelde, had je geluk. Als je over de kansen inzat tot het goede moment voorbij was, had je geen geluk.

Hij schoof zijn lege bord weg en roerde in zijn thee. Mikah had weinig gegeten en begon nu aan zijn tweede kop thee. Terwijl hij dronk staarde hij nietsziend, in gedachten verzonken voor zich uit. Hij schrok toen Jason tegen hem sprak.

“Hoe denk je erover om mij mijn eigen sigaretten te laten roken, aangezien je ze op dit schip niet in voorraad hebt? Je zal ze wel voor me moeten pakken, want ik kan niet bij mijn zak omdat ik aan deze stoel zit geketend.”

“Ik kan je niet helpen,” zei Mikah bewegingloos. “Tabak is een prikkelmiddel dat verdooft en kanker verwekt. Als ik je een sigaret gaf, zou ik je kanker geven.”

“Wees niet zo’n huichelaar!” snauwde Jason, inwendig verheugd over de belonende rode blos in de nek van de ander. “Ze halen al eeuwen de kankerverwekkende bestanddelen uit de tabak. En als ze dat niet deden — wat heeft dat dan met deze situatie te maken? Jij neemt me mee naar Cassylia waar me een zekere dood wacht. Waarom zou jij je dan bezorgd maken over de toestand van mijn longen in de toekomst?”

“Zo had ik het niet gezien. Het is alleen maar dat er bepaalde levensregels zijn —”

“O ja?” Jason viel hem in de rede om het initiatief en zijn voorsprong te behouden. “Niet zo veel als jij graag zou willen. En jullie soort mensen die altijd de regels bedenken voeren je denken nooit ver genoeg door. Jullie zijn tegen verdovende middelen. Welke verdovende middelen? Hoe zit het met het looizuur in de thee die jij daar drinkt. Of de caffeïne erin? Het zit barstensvol caffeïne — een gif dat sterk stimuleert en ook een diureticum is. Daarom vind je geen thee in de veldfles van een ruimtepak. Dat is een geval waarin een gif wordt verboden met een goede reden. Kan jij je afkeuring van sigaretten op dezelfde manier rechtvaardigen?”

Mikah stond op het punt iets te zeggen en dacht toen even na. “Misschien heb je gelijk. Ik ben moe en het is niet belangrijk.” Behoedzaam haalde hij de sigarettenkoker uit Jasons zak en liet hem op het blad vallen. Jason deed geen poging in te grijpen. Mikah schonk met een schuldig gezicht zijn derde kop thee in.

“Neem me niet kwalijk Jason, dat ik probeerde je mijn eigen regels op te dringen. Als je op zoek bent naar de grote Waarheden, vergeet je soms de kleinere Waarheden. Ik ben niet onverdraagzaam maar ik heb de neiging van iedereen te verwachten dat ze naar bepaalde maatstaven leven die ik mijzelf opleg. Nederigheid is iets dat we nooit moeten vergeten en ik dank je dat je me daaraan hebt herinnerd. Het zoeken naar Waarheid is zwaar.”

“Er is geen Waarheid,” vertelde Jason hem, nu zonder woede en belediging in zijn stem, omdat hij zijn bewaker in het gesprek betrokken wilde houden. Zo betrokken dat hij de ene vrije hand even zou vergeten. Hij bracht zijn kopje naar zijn mond en liet de thee tegen zijn lippen komen zonder er iets van te drinken. In de halfvolle kop had hij een vanzelfsprekende reden voor zijn vrije hand.

“Geen Waarheid?” Mikah dacht erover na. “Dat kan je toch moeilijk menen. De melkweg zit vol met Waarheid; het is de toetssteen van het Leven zelf. Het is het ding dat de Mens van de dieren onderscheidt.”

“Er is geen Waarheid, geen Leven en geen Mens. Tenminste niet zoals jij ze spelt — met hoofdletters. Die bestaan niet.”

Mikah fronste zijn strakke huid in een diepe denkplooi. “Je zal dat nader moeten verklaren,” zei hij. “Want je bent niet duidelijk.”

“Ik ben bang dat jij degene bent die niet duidelijk is. Jij maakt een werkelijkheid waar er geen bestaat. Waarheid — met een kleine w — is een beschrijving, een betrekkelijkheid. Een manier om een verklaring te beschrijven. Een taalkundig stuk gereedschap. Maar Waarheid met een hoofdletter W is een denkbeeldig woord, een geluid zonder betekenis. Het matigt zich aan een zelfstandig naamwoord te zijn, maar het slaat nergens op. Het is nergens een symbool van. Het betekent niets. Als jij zegt: ’Ik geloof in de Waarheid,” zeg je in werkelijkheid ’Ik geloof in niets’.”

“Je bent ongelooflijk fout!” zei Mikah. Hij leunde voorover en priemde met zijn vinger in de lucht. “Waarheid is een wijsgerig abstract begrip, een van de gereedschappen die onze geest heeft gebruikt om ons boven de dieren te verheffen — het bewijs dat we zelf geen dieren zijn, maar wezens van een hogere scheppingsorde. Dieren kunnen waarachtig zijn — maar zij kunnen de Waarheid niet kennen. Dieren kunnen zien, maar zij kunnen geen Schoonheid zien.”

“Arrgh!” gromde Jason. “Met jou valt niet te praten, laat staan redelijk van gedachten te wisselen. We spreken niet eens dezelfde taal. Als we even vergeten wie er gelijk heeft en wie ongelijk, zouden we terug moeten gaan naar het begin en het tenminste eens worden over de termen die we gebruiken. Om mee te beginnen — kan je het verschil beschrijven tussen ethos en ethica?”

“Natuurlijk,” beet Mikah hem toe met een glimpje plezier in zijn ogen bij de gedachte aan een goede opwindende ronde haarkloven. “Ethica is de leer die zich bezig houdt met wat goed of slecht is, of juist of verkeerd — of met morele plicht en verplichtingen. Ethos betekent de voornaamste opvattingen, standaarden of idealen die een groep of een gemeenschap bepalen.”

“Uitstekend. Ik zie dat je de lange nachten in de ruimte met je neus in de boeken hebt doorgebracht. Houdt nu het onderscheid tussen die twee termen goed in de gaten. Want dat is de kern van het kleine communicatieprobleem dat we hier hebben. Ethos is onverbrekelijk verbonden met een enkele groep en kan daar niet van worden gescheiden zonder elke betekenis te verliezen. Ben je het daarmee eens?”

“Nou…”

“Kom, kom — je moet het wel eens zijn over de woorden van je eigen definitie. De ethos van een groep is gewoon een allesomvattende term voor de manier waarop de leden van een groep met elkaar omgaan. Mee eens?”

Met tegenzin gaf Mikah een instemmend knikje. “Nu we het daarover eens zijn, kunnen we een stap verder gaan. Ethica moet zich, weer volgens je eigen definitie, bezighouden met ieder aantal gemeenschappen of groepen. Als er absolute ethische wetten zijn, moeten die zo algemeen zijn dat ze op elke gemeenschap kunnen worden toegepast. Een ethische wet moet net zo algemeen toepasbaar zijn als de wet van de zwaartekracht.”

“Ik kan je niet volgen…”

“Dat had ik al verwacht toen ik hierover begon. Jouw soort mensen dat maar over jullie Universele Wetten bazelt denken nooit echt na over de precieze betekenis van die term. Mijn kennis van de geschiedenis van de wetenschap is een beetje vaag, maar ik durf erom te wedden dat de eerste Wet van de Zwaartekracht die ooit werd bedacht luidde dat dingen met een bepaalde snelheid vielen en een bepaalde versnelling hadden. Dat is geen wet, maar een waarneming die niet eens volledig is tot je er ’op deze planeet’ aan toevoegt. Op een planeet met een andere massa zal je iets anders waarnemen. De wet van de zwaartekracht is de volgende formule: