Выбрать главу

Toen laat in de avond de jonge rechercheurs waren vertrokken, zakte De Cock terug in zijn fauteuil. Zijn vrouw schoof een poef bij en keek naar hem op. ‘Was ik je dit keer bijna kwijt.’

Haar man glimlachte.

‘Onkruid vergaat niet.’ Hij nam een eveloppe uit de binnenzak van zijn colbert. ‘Ik heb een brief gekregen.’ Hij trok een blaadje uit de enveloppe en las hardop:

Lieve meneer De Cock,

ik vind het eigenlijk wel jammer, dat het allemaal is afgelopen. Ik vond het best spannend op Blijemeer. Verder hoop ik echt dat u mij nooit uw rug toedraait. En als u dat doet, wees dan niet bang. Ik ben een Van der Molen.

Penny