Выбрать главу

Vledder stemde in. 'Maar er wel voor zorgde dat Brammetje haar stem niet hoorde.'

De Cock gebaarde. 'De aanval op Jelle Poelstra werd bijna een mislukking. Jelle Poelstra, die nogal onhandig was in zijn omgang met vrouwen, liet zich door Adelheid van Heerlen in zijn helgele Fiat gewillig naar de loods in de Houthaven leiden. Maar in de loods probeerde hij Adelheid te verkrachten. Het werd een gevecht, waardoor het eerste schot van Martin van Heerlen mislukte.

Jelle Poelstra klemde zich aan Adelheid vast en krabde in haar gezicht. Eerst het tweede schot van Martin bracht een eind aan zijn leven.'

De Cock leunde achterover in zijn fauteuil. De lange uiteenzetting had hem vermoeid. Na enige minuten boog hij zich naar voren en schonk nog eens in.

'Heeft iemand nog iets te vragen?'

Appie Keizer stak zijn arm omhoog. 'Martin van Heerlen is dood. Wat doe je met Adelheid van Heerlen?'

De Cock keek triest voor zich uit. 'We kunnen haar medeplichtigheid of mededaderschap ten laste leggen. Ik denk dat de officier van justitie bij zijn aanklacht voor mededaderschap zal kiezen. Al loste Martin de fatale schoten, in feite is haar aandeel net zo groot.'

De Cock keek de kring rond. 'Nog iemand?'

Fred Prins en Vledder schudden hun hoofd. Het gesprek werd algemener en de opzienbarende moorden in de loods aan de Houthaven zakten wat op de achtergrond.

Mevrouw De Cock kwam uit de keuken met schalen vol lekkernijen en liep presenterend rond. De oude rechercheur placht op strikt vertrouwelijke momenten wel eens te onthullen dat hij zijn lang en gelukkig huwelijksleven mede dankte aan de culinaire gaven van zijn vrouw.

Het was al vrij laat toen de laatste gasten vertrokken. De Cock liet zich in zijn fauteuil onderuitzakken en schonk zich nog eens in.

Zijn vrouw schoof een poef bij en kwam naast hem zitten. 'Hoe kijk jij terug op deze zaak?'

De Cock trok zijn schouders op. 'Een karwei, zoals zo vele.'

Ze schudde haar hoofd. 'Dat bedoel ik niet. Ik bedoel het soort gerechtigheid dat Martin van Heerlen pleegde.'

De Cock trok zijn gezicht in een ernstige plooi. 'Je moet teruggaan naar de bron. Vier jongens plegen verkrachtingen en verwoesten daarmee drie levens… het leven van Mirjam, Adelheid en Martin. Adelheid en Martin liquideerden drie van hen. Men zou dit een vorm van gerechtigheid kunnen noemen.'

'Is dat zo?'

De Cock schudde zijn hoofd. 'Er zullen altijd jeugdbendes blijven en er zullen altijd verkrachtingen worden gepleegd. Maar de gevolgen behoeven niet zo verschrikkelijk te zijn… niet zo afschuwelijk… niet zo gewelddadig. Edith Kuijters vond ondanks haar verkrachting de weg naar een gelukkig leven.'

Mevrouw De Cock keek haar man vertederd aan.

'Soms, Jurrian,' sprak ze zacht, 'denk ik dat je toch te lief bent dit werk.'