Выбрать главу

Opper Vermeulen zweeg en de minuten gleden als eeuwen voorbij.

De Cock voelde hoe de spanning in zijn aderen kroop. Het tintelde in de toppen van zijn vingers.

Opper Vermeulen boog zich naar hem toe.

‘Hoe lang hebben we nog?’

De Cock blikte op de verlichte wijzerplaat van zijn horloge. ‘Als alles volgens plan verloopt,’ fluisterde hij, ‘dan is onze man een kwartier geleden uit Amstelveen vertrokken.’

‘Met een auto?’

‘Inderdaad… gevolgd door een collega.’

‘Wat verwacht u?’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Dat is niet exact te voorspellen. Het hangt van de acteurs af.’‘Acteu rs? ’

De Cock reageerde vriendelijk.

‘Zo noem ik de mensen die in deze affaire een rol spelen.’ De mobilofoon onder de regenjas van De Cock kraakte. Het was de stem van Vledder.

‘Gerard van Nederveld heeft zijn auto op de Brouwersgracht geparkeerd en loopt nu in de richting van de Singel.’ Nog geen minuut later meldde Appie Keizer zich.

‘De man is aan mij voorbij gegaan en stapt in de richting van de woonboot.’

De hartslag van De Cock klom langzaam in een hogere versnelling. De aderen klopten in zijn hals. Het moment van de ontknoping naderde. En op het verloop van de nu volgende gebeurtenissen had hij tot zijn pijn en verdriet geen enkele greep. Op het gordijn verscheen opnieuw het silhouet van de jonge vrouw. Ze liep een paar maal aan het raam voorbij, gehaast, nerveus.

Seconden verstreken. Ineens floepte het licht uit. Het silhouet was verdwenen. De Cock kwam met een ruk omhoog en tuimelde bijna overboord.

De gebeurtenissen volgden elkaar in een snel tempo op. Een wilde schreeuw trilde over het water. De jonge vrouw rende vanaf de woonboot de Singel op. Haar lange blonde haren wapperden. Van twee kanten liepen Fred Prins en Appie Keizer op haar toe. Hun dreunende voetstappen echoden tegen de oude gevels.

Toen de jonge vrouw de beide rechercheurs in het oog kreeg, bleef ze even besluiteloos staan. Toen liep ze naar de wallenkant en dook tussen twee woonboten door in het water van de Singel.

Opper Vermeulen startte de motor van de sloep en maakte het touw los. Met grote routine manoeuvreerde hij de sloep in de richting van het blonde hoofd. Het stak net even boven het drabbige water uit. Toen hij haar bijna was genaderd, dook ze onder en kwam een paar meter verder weer boven water. Opper Vermeulen stuurde de sloep naar haar toe en greep haar in het voorbijvaren bij haar lange blonde haren vast. Met behulp van De Cock trok hij haar binnenboord.

De beide mannen hijgden na en De Cock wreef de natte blonde haren uit haar gezicht.

Opper Vermeulen keek hem vragend aan.

‘Wie is zij?’

De Cock trok zijn gezicht strak.

‘Evelien van Wezep, geboren Van Nederveld… verantwoordelijk voor de moord op drie leden van haar familie.’

15

De ding-dong in de gang dreunde nog een beetje na. De Cock deed de deur van zijn woning open. Voor hem op de stoep stond Dick Vledder. De jonge rechercheur lachte wat verlegen. In zijn linkerhand bungelde een bos fraaie rode rozen.

‘Voor jouw vrouw,’ legde hij uit. ‘Hoe langer ik jou ken… hoe meer ik haar ga bewonderen.’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Die stelling is volgens mij niet langer houdbaar. Ze is achterhaald. Je moet een ander motief zoeken om haar rozen te schenken.’ De oude rechercheur richtte zijn blik op het boeket. ‘Je hebt flink in je geldbuidel getast.’

Vledder grinnikte.

‘Voor jouw vrouw heb ik dat over.’

De Cock lachte vrolijk.

‘Je bent onverbeterlijk.’ Hij stapte opzij. ‘Kom erin.’‘Zijn de anderen er al?’

De Cock knikte.

‘Appie Keizer en Fred Prins zitten bij mijn vrouw en hebben het hoogste woord.’

Vledder trok zijn schouders op.

‘Waarover? Ze hebben bij de ontknoping geen hand behoeven uit te steken.’

De Cock negeerde de opmerking.

‘Wat heb je met Gerard van Nederveld gedaan?’

Vledder maakte een hoofdbeweging.

‘Naar Amstelveen gebracht… in zijn eigen wagen. De Golf heb ik op de Brouwersgracht laten staan. Die heb ik later opgehaald.’‘Kon hij zelf niet rijden?’

Vledder schudde zijn hoofd.

‘Toen ik in de woonboot kwam zat hij als versuft in een stoel. Hij was totaal ontdaan. Geschokt. Zijn zuster Evelien schijnt echt een poging te hebben gedaan om hem te wurgen.’

‘Was hij gewond?’

Vledder schudde opnieuw zijn hoofd.

‘Geen schrammetje. Het was een goed idee van jou… dat orthopedisch hulpmiddel.’

De Cock glimlachte.

‘Je bedoelt die zachte halskraag voor mensen met pijnlijke nekwervels?’

Vledder knikte.

‘Het werkte perfect. Toen Gerard de woonboot binnenstapte, deed Evelien onmiddellijk het licht uit en sloeg een koord om zijn nek. Het was een bliksemactie. Ze raakte in paniek toen ze bemerkte dat de hals van haar broer met die halskraag was beschermd.’

Ze stapten gezamenlijk de woonkamer in. Mevrouw De Cock kwam onmiddellijk overeind en schudde Vledder ter begroeting de hand. Met een gebaar van verrukking nam ze de rozen in ontvangst. Ze wuifde uitnodigend naar een diepe leren fauteuil.

‘Ga zitten,’ riep ze hartelijk. ‘Mijn man vroeg zich al af waar je bleef.’

De jonge rechercheur glimlachte.

‘Ik heb vanavond met Afra Molenkamp onze administratie nog eens doorgespit om te zien of we iets tegen Peter van der Zwaard kunnen ondernemen. Ik kan de gedachte niet goed verdragen dat hij buiten schot blijft.’

Appie Keizer wenkte.

‘Wie is Peter van der Zwaard?’

De Cock stak afwerend zijn handen vooruit. Daarna pakte hij de fles cognac Napoleon, die hij speciaal voor dergelijke gelegenheden in voorraad hield, en vulde ruim de bodem van de diepbolle, voorverwarmde glazen. Hij reikte die zijn vrienden aan. Daarna hield hij zijn glas omhoog.

‘Op het trieste einde van wellicht de moeilijkste zaak uit mijn loopbaan… lijken op drift.’

Fred Prins lachte.

‘Ik dacht dat jij alleen maar moeilijke zaken behandelde.’ De Cock knikte.

‘Het lot is mij wat dat betreft niet gunstig gezind. Er kruisen steeds ingewikkelde affaires mijn pad.’

Fred Prins keek hem ongelovig aan.

‘En dit was jouw moeilijkste?’

De Cock staarde even voor zich uit.

‘Ik heb in deze zaak,’ sprak hij ernstig, ‘een kapitale fout gemaakt.’

Vledder keek hem verwonderd aan.

‘Waar… wanneer?’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Geen behandelingsfout… geen verkeerde arrestatie of een stom verhoor. Maar het idee dat een kind zijn beide ouders vermoordt, kon maar moeilijk toegang vinden tot mijn gedachten. Toen jij, Dick, na enige tijd de overtuiging kreeg dat het motief voor de moord op het echtpaar Van Nederveld buiten de familiesfeer lag en daarvoor ogenschijnlijk ook een reeks aanwijzingen opdoemden, ben ik die lijn gretig gevolgd.’

Fred Prins knikte begrijpend.

‘Je wilde de werkelijkheid niet onder ogen zien. Die vond je te gruwelijk.’

De Cock knikte hem dankbaar toe.

‘Zoiets moet zich in mijn gedachten hebben afgespeeld.’ Vledder zwaaide om aandacht.

‘Wanneer ben je toch Evelien gaan verdenken?’

De Cock nam een slok van zijn cognac.

‘Na de moord op Marcel en de ontdekking dat zijn foto bij Peter van der Zwaard op het bureau stond. Toen zag ik plotseling de draad.’

‘Dat begrijp ik niet.’

De Cock negeerde de opmerking.

‘Een mens,’ sprak hij docerend, ‘is een product van erfelijkheid en milieu. Daarover zijn de geleerden het al tijdenlang eens. Waar men nog steeds over twist is de vraag welke van de beide factoren de grootste invloed hebben op het gedrag van een mens.’ De oude rechercheur zweeg even.