Выбрать главу

Een cirkel van de groene vloer kwam omhoog. Zonder een woord liet Paul zich met zijn hoofd vooruit door het luik zakken en begon hij zich door de pijp te trekken.

Paul keek naar Tigerishka.

‘Schiet op,’ herhaalde ze.

Miauw kwam behoedzaam aan dansen. Paul bukte zich, en toen de kleine poes naar Tigerishka blikte greep hij haar opeens vast. Toen hij naar het luik liep streek hij haar verfomfaaide grijze vacht glad. Zijn hand bewoog opeens langzamer en hij draaide zich om.

‘Ik ga niet,’ zei hij.

‘Je moet, Paul,’ zei Tigerishka. ‘De aarde is je thuis. Schiet op.’

‘Ik laat de aarde en mijn ras in de steek,’ antwoordde hij. ‘Ik wil bij je blijven.’ Miauw spartelde tegen, probeerde te ontsnappen, maar hij verstevigde zijn greep.

‘Ga alsjeblieft meteen, Paul.’ Eindelijk keek ze naar hem en liep ze op hem af. Haar ogen staarden recht in de zijne. ‘Er kan nooit een andere verhouding tussen ons bestaan.’

‘Maar ik blijf bij je, hoor je me?’ Zijn stem was opeens zo luid en boos dat Miauw in paniek raakte en naar zijn handen klauwde om los te komen. Hij hield haar vast en vervolgde: ‘Zelfs als je huisdier, als het niet anders kan. Maar ik blijf.’

Tigerishka’s gezicht was nu vlak bij het zijne. ‘Zelfs niet als mijn huisdier,’ zei ze. ‘Daarvoor is er tussen onze geesten lang niet genoeg afstand. — O, ga naar buiten, jij dwaas!’ ‘Tigerishka,’ zei hij ruw, haar in de paarse ogen starend, ‘negentig procent van wat je gisternacht voelde was verveling en medelijden. Wat was die andere tien procent?’

Ze staarde hem fel aan alsof ze zich ontzettend ergerde. Plotseling, met een bijna onzichtbare beweging, snaaide ze Miauw uit zijn armen en sloeg hem hard met de vlakke hand in het gezicht. De eerste centimeter van de drie bleekpaarse klauwen van die voorpoot zag daarna helderrood.

‘Dat!’ beet ze hem toe met de hoektanden bloot.

Hij deed een pas achteruit, toen nog een, toen was hij in de pijp. De kunstmatige zwaartekracht boven hem perste hem omlaag, in vrije val.

Hij keek op en zag Tigerishka’s verscheurende masker. Bloed stroomde van zijn wang en hing in bolle rode druppels tegen de zilveren gegolfde wand van de pijp. Toen sloot het groene luik.

42

De schotelstudenten reden Vandenberg Twee zonder belemmeringen en uitermate onromantisch binnen — als arbeiders van de kerkhofploeg die bij hun werkgelegenheid arriveren. Er stond niemand bij de gaasomheining die kort daarvoor zo diep onder het zoute water had gestaan, niemand bij de grote poort die nu scheef openhing — er was niets dat opmerkelijk was, alleen vijftien centimeter stinkende modder — zodat ze gewoon doorreden. De meeste liepen naast de auto’s om ze lichter te maken, en ze begonnen de helling naar het plateau te beklimmen.

Hunter reed de Corvette. De hele smalle achterbank werd in beslag genomen door Wanda, die er aan de open kant iets overheen bloesde, en zwaar ademde. Zelfs Wojtowicz was er niet in geslaagd met dreigende woorden haar de hartaanval uit het hoofd te praten.

Mrs. Hixon reed de truck want Bill Hixon wilde naar de hemel kijken, waar de Vreemdeling en de Zwerver als mandala nu aan beide zijden van het zenit stonden — en omdat het haar niets kon schelen, zoals ze meer dan eens zei. Ze zat alleen in de cabine — Pop had willen blijven, maar ze had hem zonder omhaal verteld dat hij nog erger stonk dan de modder, en het was Bills truck, en ze wilde het niet hebben. Achterin de truck zaten Ray Hanks en Ida. Zij verzorgde zijn gebroken been en haar eigen gezwollen enkel. Ze geloofde niet in slaappillen en voerde zichzelf en de zwak protesterende Ray grote hoeveelheden aspirine.

‘Kauwen,’ beval ze hem. ‘Omdat ze bitter zijn denk je niet aan andere dingen.’

De rest liep. Reeds driemaal hadden enkele van hun aan de truck moeten trekken om hem over moeilijke stukken te helpen, en tweemaal moest de truck de Corvette uit plekken duwen waar de wielen van de personenauto doordraaiden. Iedereen zat onder de modder, hun schoenen torsten dikke klompen van de troep; en de banden van de truck zaten zo vol dat de kettingen geen geluid meer maakten.

Er kwam een blauwe gloed in het bijna schaduwloze, gemengde planetenlicht waarin het vuile landschap baadde. Harry McHeath, door zijn jeugdigheid beter in staat dan de anderen om zijn aandacht aan twee objecten tegelijk te schenken, riep: ‘Het is weer begonnen! Ze doen het allebei!’ Vier kaarsrechte, lijndunne, helderblauwe bundels licht reikten over de grijze hemel van de Vreemdeling naar de Zwerver. Maar in plaats van er langs te schieten kwamen ze nu samen. Doch ze raakten de Zwerver niet, maar hielden een speling van een haarbreed stukje grijze lucht, en ze werden teruggedrongen in vier zwakke, halfcirkelvormige, blauwachtig witte waaiers.

‘Ze botsen zeker tegen een of ander veld,’ raadde Kleine Man.

‘Zoals de gevechten van de Lensmannen!’ schalde McHeaths stem uitgelaten.

Drie soortgelijke paarse stralen schoten van de Zwerver naar de Vreemdeling en werden onderschept. Blauwe en paarse stralenbundels strekten zich kruisend tussen de twee planeten uit, als een langgerekt, meetkundig exact touwspelletje.

‘Dit wordt het wel!’ kreet Hixon vurig.

Wojtowicz liep zo gespannen te kijken dat hij van de helling afwandelde. Uit een ooghoek zag McHeath hem uit het gezicht vallen en hij rende naar hem toe.

‘Ik ben in orde, jongen, ik ben alleen een eindje weggegleden,’ stelde Wojtowicz de bezorgde McHeath gerust. ‘Steek me je hand even toe, wil je, dan kan ik blijven kijken.’ Hixon riep naar de truck: ‘Je moet naar buiten komen en kijken, lieveling — het is geweldig!’

Vanuit de cabine schreeuwde Mrs. Hixon terug: ‘Kijk jij maar voor mij naar het vuurwerk, Billyboy — ik rij!’ En ze toeterde wreed naar de Corvette, die scheen te gaan stoppen.

Maar Hunter reed alleen wat langzamer. Hij had een paar snelle blikken op de strijdende planeten geworpen, en het leek hem nog steeds belangrijker om de groep in de ruimtebasis te krijgen zolang de opwinding nog duurde en de militairen misschien afgeleid waren. Daar moest hij voor zorgen, en bovendien moest het lege momentumpistool worden afgeleverd — Margo’s obsessie in deze was hij min of meer gaan delen. Terwijl zij, waar ze links van de auto voortstrompelde, kennelijk nog hetzelfde idee had.

Dus riep Hunter: ‘Schiet op, allemaal! Hier gaan we rechtsaf. Loop niet van de weg af!’ En hij deed de wagen het plateau opzwenken.

Daar vonden ze tenslotte manschappen — drie soldaten die best op wacht zouden kunnen staan, te oordelen naar de drie wapens die tegen de muur van de golfijzeren hut achter hun stonden. Maar nu zaten ze rusteloos op de grond en staarden omhoog naar het interplanetaire gevecht. Een van hun knipte met zijn vingers.

Toen de truck na de Corvette het plateau opreed en de beide wagens bijna stilstonden benaderde Margo de soldaten snel van achter.

Hoog aan de hemel voegden zich nog drie blauwe en twee paarse lijnen bij het laserspervuur, waardoor het patroon nog ingewikkelder werd.

Margo raakte de schouder van de eerste soldaat aan, en toen hij niet reageerde schudde ze aan hem. Hij draaide haar een vertrokken, zwetend gezicht toe.

‘Waar is Professor Morton Opperley?’ vroeg ze gebiedend. ‘Waar zijn de geleerden?’

‘Christus, weet ik het,’ zei hij. ‘Die bollebozen zitten allemaal daar ergens.’ Hij wuifde vaag naar het plateau. ‘Val me niet lastig, dame!’ Hij draaide zich weer snel om, zijn gezicht naar de hemel gewend, en sloeg een van zijn maats op de schouder.