Выбрать главу

De taal van de Sprekers had het voordeel van snelheid en oneindige genuanceerdheid, maar het nadeel dat het nagenoeg onmogelijk was de ware gevoelens en meningen te versluieren.

Gendibal was zich bewust van zijn opinie over de Eerste Spreker. Hij vond de Eerste Spreker een man die over het hoogtepunt van zijn geestkracht heen was. Naar Gendibals schatting verwachtte de Eerste Spreker geen crisis, was hij niet voorbereid om een crisis het hoofd te bieden en was hij ook niet vitaal genoeg om dat in geval van nood nog te kunnen. Ondanks zijn goede naam en zijn vriendelijkheid een ramp zou door Shandess alleen maar erger gemaakt worden!

Dit alles moest Gendibal niet alleen weghouden uit zijn woorden, gebaren en gezichtsuitdrukking, maar zelfs uit zijn gedachten. Hij kende geen manier om dat zo zorgvuldig te doen dat de Eerste Spreker er niet toch een glimp van zou opvangen.

Evenmin kon Gendibal verhinderen dat iets tot hem doordrong van de gevoelens die de Eerste Spreker jegens hem had. Achter de jovialiteit en de welwillendheid beide duidelijk aanwezig en tamelijk oprecht kon Gendibal op de achtergrond toch iets van neerbuigendheid en geamuseerdheid bespeuren. Hij moest zijn eigen geestelijke greep extra versterken om te verhinderen dat hij van de weeromstuit enig ongenoegen zou laten blijken althans, om dat zoveel mogelijk te verhinderen.

De Eerste Spreker glimlachte en leunde achteruit in zijn stoel. Hij legde zijn voeten niet echt op het bureaublad, maar zijn houding getuigde van precies het juiste mengsel van zelfverzekerde ontspannenheid en informele vriendschappelijkheid — net genoeg van beide om Gendibal in onzekerheid te brengen over het effect van zijn openingszin.

Aangezien Gendibal niet was uitgenodigd om te gaan zitten, was hij beperkt in zijn mogelijke acties en houdingen om te demonstreren dat zijn zelfverzekerdheid niet of nauwelijks was geschokt. Het was ondenkbaar dat de Eerste Spreker zich daar niet van bewust was.

‘Het Plan van Seldon is zinloos?’ zei Shandess. ‘Een hoogst opmerkelijke uitspraak! Hebt u het Primaire Kansenpatroon de laatste tijd nog bestudeerd, Spreker Gendibal?’

‘Dat doe ik vaak, Eerste Spreker. Het is niet alleen mijn plicht dat te doen, maar ook een genoegen.’

‘Bestudeert u toevallig wellicht alleen die gedeelten ervan die tot uw ressort behoren? Af en toe? Bekijkt u de zaken op microschaal — een vergelijking hier, een aan te passen stroompje daar? Dat is uiteraard zeer belangrijk, maar ik heb het altijd een uitstekende oefening gevonden om van de grote stroom als geheel kennis te nemen. Een studie van het Primaire Kansenpatroon, are na are, heeft haar nut — maar het waarnemen ervan als heel continent is een inspirerende ervaring. Om u de waarheid te zeggen, Spreker, heb ik dat zelf al een hele poos niet meer gedaan. Wilt u zich bij me voegen?’

Gendibal durfde niet te lang te aarzelen. Het moest worden gedaan en dan moest het op terloopse en ontspannen manier worden gedaan, anders kon hij het maar beter helemaal achterwege laten. ’Het zal mij een eer en een genoegen zijn, Eerste Spreker.’

De Eerste Spreker drukte op een knop aan de zijkant van zijn bureaublad. Er was zo’n knop in het kantoor van elke Spreker en die in Gendibals kantoor was in geen opzicht minder dan die bij de Eerste Spreker. De Tweede Foundation was een samenleving van gelijken waar het om de dingen aan de oppervlakte ging de onbelangrijke dingen. In feite had de Eerste Spreker maar éen officieel voorrecht, namelijk dat wat in zijn titel lag opgesloten: hij sprak steeds als eerste.

Naarmate de knop verder werd ingedrukt werd het donkerder in de kamer, maar bijna meteen daarna maakte de duisternis plaats voor een parelkleurige schemering. Beide lange wanden kregen een vage roomkleurige glans, werden vervolgens lichter en witter en tenslotte verschenen er talloze netjes gedrukte vergelijkingen zo klein dat ze niet gemakkelijk leesbaar waren.

‘Als u geen bezwaar hebt,’ zei de Eerste Spreker op een toon die duidelijk maakte dat bezwaren niet waren toegestaan, ‘zullen we de vergroting kleiner maken opdat we een zo groot mogelijk oppervlak tegelijk kunnen waarnemen.’

De nette tekstregeltjes schrompelden ineen tot dunne lijntjes die in zwartgrijze kronkelingen afstaken tegen de parelgrijze ondergrond.

De Eerste Spreker beroerde de toetsen van het kleine bedieningspaneel in de arm van zijn stoel. ‘Wij zullen het terugbrengen naar het begin, toen Hari Seldon nog leefde, en we zullen daarna een kleine beweging voorwaarts tot stand brengen. We zullen een zodanige matrijs aanbrengen dat we telkens maar éen decennium van ontwikkelingen tegelijk kunnen zien. Daardoor krijg je een wonderlijke gevoelsimpressie van de loop van de geschiedenis zonder dat je wordt afgeleid door de details, ik vraag mij af of u dit ooit eerder hebt gedaan.’

‘Niet precies op deze manier, Eerste Spreker.’

‘Dat moet u toch eens doen. Het is een verrukkelijk gevoel. Kijk eens naar de schaarsheid van zwarte lijnen hier bij het begin. In de eerste twee decennia was er nog niet veel kans op alternatieven. De omvang van de vertakkingen neemt echter exponentieel toe met de tijd. Zodra een bepaalde zijtak is ingegaan kan een groot aantal andere toekomsttakken worden uitgewist en dat is maar goed ook, want anders zou het geheel al gauw volstrekt onoverzienbaar worden. Wij die ons bezig houden met de toekomst moeten natuurlijk zeer zorgvuldig te werk gaan voordat wij het wagen mogelijkheden af te schrijven.’

‘Dat is mij bekend, Eerste Spreker.’ In Gendibals antwoord klonk een vleugje ironie dat hij niet had weten weg te houden. De Eerste Spreker reageerde er niet op. ‘Kijk eens naar de spiraalvormige lijnen van de symbolen in rood. Zij vormen een zeker patroon. Volgens het gezonde verstand zouden zij willekeurig verspreid moeten zijn, aangezien immers elke Spreker zijn positie verdient door verfijningen toe te voegen aan het oorspronkelijke Plan van Seldon. Je zou denken dat er, alles welbeschouwd, geen manier is om te voorspellen op welke plekken gemakkelijk een verfijning kan worden aangebracht of waartoe de belangstelling of capaciteiten van individuele Sprekers hen zullen leiden, maar toch heb ik al heel lang het vermoeden dat de verstrengeling van het Zwart van Seldon en het Rood van de Sprekers strikte wetten gehoorzaamt die nauw samenhangen met de tijd en met maar weinig anders.’

Gendibal keek toe hoe de jaren vergleden en hoe de zwarte en rode haarlijntjes een haast hypnotiserend patroon van verwevenheid vormden. Het patroon had op zichzelf uiteraard niets te betekenen. Waar het om ging waren de symbooltjes waaruit het was opgebouwd. Hier en daar kwam een lichtblauw stroompje tevoorschijn — dikker wordend, zich vertakkend, overheersend, en dan weer inkrimpend en vervagend tot zwart of rood.

‘Het Blauw van de Afwijking,’ zei de Eerste Spreker en de ruimte tussen hen beiden werd gevuld door hun gezamenlijke afkeer. ‘We komen het steeds weer tegen en straks belanden wij in de Eeuw van de Afwijkingen.’

En dat gebeurde ook. Men kon precies zien wanneer het schokkende fenomeen van het Muildier de Melkweg tijdelijk in zijn greep had gekregen, want daar werd het Primaire Kansenpatroon overwoekerd door zich snel vertakkende kronkelingen in blauw sneller ontspringend dan ze ingedamd konden worden — totdat de kamer zelf een blauwe gloed leek te krijgen toen de lijnen alsmaar dikker werden en de wand met hun steeds fellere lichtblauwe kleur steeds verder deden vervuilen (want een beter woord was er niet).

Het kleurengeweld bereikte een piek en nam toen af. De lijnen werden dunner en kwamen bijeen om na een eeuw tenslotte in het niets te verdwijnen. Toen het voorbij was en het Plan weer was neergeschreven in zwart en rood, was het duidelijk dat Preem Palver hier de hand in had gehad.

Verder, verder…

‘Dit is het heden,’ zei de Eerste Spreker ontspannen.

Verder, verder…

Er volgde een vernauwing tot een ware kluwen van dicht opeen getrokken zwarte lijnen met maar weinig rood erin.

полную версию книги